Wat zijn LEF’s kansen op zetels?
Een Deens gezegd luidt: Het is moeilijk om voorspellingen te doen, zeker als het gaat om de toekomst. Toch zijn we er vrij zeker van dat LEF een zetel gaat winnen in het parlement op basis van diverse peilingen, verkiezingsresultaten en demografie. Lees hieronder hoe het precies zit.
Peilingen Tweede Kamerverkiezingen 2010 en Gemeenteraadsverkiezingen 2014 en 2022
Eenvandaag en I&O Research vroegen jongeren tussen de 18 en 24 in verschillende jaren of ze op een jongerenpartij zouden stemmen. In 2010 was dit percentage 8%, in 2014 steeg dit naar 11% en in 2022 naar een machtige 21%. Eén op de vijf jongeren overweegt een jongerenpartij. Het laatste I&O onderzoek vroeg volwassenen buiten de 18-24 categorie of zij bereid zijn op een jongerenpartij te stemmen. Gemiddeld staat 6,31% van de stemgerechtigde bevolking hiervoor open. Dat zijn 839.992 kiezers die bereid zijn om het jongerenbelang en de toekomst centraal te stellen, of in een jongerenpartij een goed alternatief zien. Het potentieel van LEF is in dit opzicht 9 zetels.
Onderzoeker Asher van der Velde van het I&O Onderzoek noemt een andere gunstige statistiek: “Puur cijfermatig gezien is er landelijk zeker ruimte voor een jongerenpartij. Er zijn in Nederland zo’n anderhalf miljoen jongeren tussen de 18 en 25 jaar. Dat is 11 procent van de stemgerechtigde bevolking, oftewel zo’n zestien zetels.” Jongeren zijn als groep natuurlijk heel divers en stemmen niet hetzelfde. Maar als 1 op de 16 bereid is te stemmen voor het jongerenbelang belooft dat wat.
LEF hanteert echter een ruimere definitie van jongeren dan 18 tot 24. Het cohort 25-34 (starters) is net zo belangrijk (en de leeftijd van sommige kandidaten). Waar het cohort van 18-24 slechts 1.532.597 omvat, is dat voor starters 2.198.000 personen, goed voor ruim 25 zetels. Gecombineerd gaat het om 27,8% van de bevolking, of 42 zetels. Dat is niet een klein deel. Als LEF tussen de 5% à 15% van deze doelgroep bereikt en dit een concrete stem oplevert, behaalt LEF tussen de 2 en 6 zetels.
De samenstelling van ons ledenbestand vertelt ons echter dat onze achterban breder is. LEF heeft leden in het hele land en in alle leeftijden. Ons programma spreekt iedereen aan die voor échte vernieuwing durft te gaan. Bezorgde ouders en grootouders die hun (klein)kinderen een toekomst gunnen maar net zo goed ambitieuze en idealistische starters die systeemverandering verlangen en de onderscheidende punten van LEF, een basisinkomen, gratis OV en kwijtschelding van studieschuld.
Er valt een aanmerking te maken op bovenstaande percentages. Het gaat immers om onderzoek in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen, waarbij de opkomst rond de 46% bedroeg, niet de 79% voor de Tweede Kamerverkiezingen. En een peiling kan sowieso behoorlijk naast de werkelijkheid zitten. Deelnemers die zeggen dat ze ergens toe bereid zijn wil nog niet zeggen dat ze het ook echt doen. Gelukkig zijn er ook verkiezingsresultaten van verkozen jongerenpartijen die we kunnen raadplegen.
Op lokaal niveau al sinds 1982 een beproefd recept. Sinds 2018 duidelijk in de lift
Tot 2010 bestonden er vier jongerenpartijen met gezamenlijk 10 zetels: Jongeren Ongebonden Best, Studenten Techniek in Politiek Delft, Student en Stad Groningen en Jong Maashorst. In 2014 kwam daar Student & Starter bij. In 2018 namen werden vier nieuwe jongerenpartijen verkozen: Lijst Blanco Meierijstad, Maastricht: Open Eerlijk en Democratisch, Connect Wageningen en Jong Lelystad. In 2022 kwamen er maar liefst vijf partijen bij: Jong Zandvoort, Studenten voor Leiden, Jong Nissewaard, Jongerenpartij Heerlen en Visie Vaals. Lijst Blanco Meijerijstad werd in 2022 opgeheven. Nederland telt daarmee 13 lokale jongerenpartijen.
Hun gecombineerde aantal zetels steeg bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2021/2022 van 25 naar 41, een toename van 61%. In zeven gemeentes werden jongerenpartijen (gedeeld) de grootste: Maashorst (20%), Delft (15,8%), Zandvoort (17,2%), Lelystad (9,4%), Best (14,7%), Heerlen (7,3%) en Vaals (19,4%). Gemiddeld halen jongerenpartijen 10,6% van de stemmen. Uit de geografische spreiding blijkt dat zowel in ruraal als stedelijk gebied behoefte is aan jongerenpolitiek. Gemiddeld komen jongerenpartijen precies met 2 zetels binnen.
Omdat de kiesdrempel in gemeentes hoger ligt dan bij landelijke politiek (er zijn minimaal 7 en maximaal 45 raadszetels te verdelen, tegenover 150 Tweede Kamerzetels) hebben in de afgelopen jaren een aantal jongerenpartijen net geen zetels gehaald. Jongerenpartij Eemsdelta (2,6%), Jouw Veenendaal (2,4%) en Jongeren aan Zet Emmen (2%) waren heel dichtbij. Jong Rotterdam (1,1%) en LEF Den Haag (0,9%) kwamen tot een halve zetel. Bij landelijke verkiezingen is 0,66% van de stemmen nodig om een zetel te halen.
Als de campagne van LEF ook maar een beetje in de buurt komt van de campagnes van lokale jongerenpartijen dan ligt een zetel binnen handbereik. Op lokaal niveau blijken ze een stabiele factor te zijn en nemen ze deel in coalities: STIP Delft sinds 1998, Jong Maashorst sinds 2002, Jong en Ongebonden sinds 2018, Jong Zandvoort direct bij binnenkomst in 2022. Hoewel jongerenpartijen eerst worden weggelachen worden ze na de verkiezingen ervaren als constructief en pragmatisch. Ze vormen de lijm die partijen met tegengestelde opvattingen bij elkaar houdt. De tijd is rijp voor LEF om op landelijk niveau te presteren wat op lokaal niveau al jaren gewoon is; jongeren die tonen dat het anders kan!